Financiële begroting

Uitgangspunten

BUDGETTAIR KADER 2024-2027

Naast de hiervoor genoemde grondslagen is de meerjarenbegroting 2024 - 2027 opgesteld met inachtneming van de in de Kadernota 2024 aangegeven financiële kaders. De kaders treft u hieronder aan:

Onderwerp

Voorstel

Sluitende begroting

De gemeenteraad ziet toe op een structureel, reëel en duurzaam materieel begrotingsevenwicht. Dit houdt in dat meerjarige structurele lasten door meerjarige structurele baten worden gedekt en dat deze volledig en realistisch zijn.

Interne budgetregels

Voorstellen met structurele financiële gevolgen worden niet tussentijds, maar alleen bij de begroting, in behandeling genomen. Tussentijdse voorstellen worden alleen bij de Zomernota behandeld mits ze onvoorzien, onvermijdbaar en onuitstelbaar zijn en bovendien betrekking hebben op 2024. Voor andere en complexe nieuwe voorstellen dient, conform de verordening financieel beheer, een apart raadsvoorstel te worden gemaakt.

Ontwikkeling financiering en (toe te rekenen) rente

De rekenrente voor de begroting 2024 vast te stellen op 3,5%.

Autonome ontwikkelingen (inwoners/woningen)

In de meerjarenbegroting wordt voor zover mogelijk rekening gehouden met autonome ontwikkelingen inwoners/woningen die uit bouwprojecten voortvloeien. De zogenoemde volume-aanpassingen. Hierbij wordt er bovendien vanuit gegaan, dat tegenover de stijging van de baten (OZB + Algemene uitkering), een stijging van de lasten staat wegens infrastructurele en sociaal maatschappelijke kosten. De budgethouders dienen dit aan te geven.

Loon-/prijscompensatie

1. De personeelsbudgetten worden vanaf 2024 jaarlijks met 4,6% geïndexeerd;
2. De budgetten goederen en diensten worden vanaf 2024 met 2,2% verhoogd;
3. De subsidies worden vanaf 2024 met 2,2% verhoogd.

Gemeentefonds

Over de effecten van de mei/junicirculaire 2023 is nog niets bekend, de raad wordt met een separate brief geïnformeerd. Een herijking van het Gemeentefonds is ingegaan vanaf 2023.

Relatie WOZ-herwaardering met OZB-tarieven

Als in het WOZ-tijdvak (1-1-2022 tot 1-1-2023) sprake is van
waardestijgingen/-dalingen, dan vindt, rekening houdend met, de beschikbare belastingcapaciteit een verrekening plaats via een evenredige verlaging/verhoging van de OZB-tarieven 2024. Hierdoor is er geen sprake van een structurele meer-/minderopbrengst m.i.v. 2024 als gevolg van de mutaties in de belastingcapaciteit. Tenzij er sprake is van areaaluitbreiding van nieuw onroerend goed.

Heffingen/belastingen

1. De OZB, precariobelasting en leges worden in 2024 trendmatig met 3,4% verhoogd. Op grond van de gegevens uit de mei/junicirculaire 2023 kan dit percentage nog worden aangepast.
De overige inkomsten heffingen en huren worden ook met het gemiddelde van loonkosten en materiële kosten verhoogd (3,4%), uitgezonderd huur van de gemeentewoningen;
2. Zowel de parkeerbelasting als de toeristenbelasting worden verhoogd met de inflatiecorrectie. Het model tariefbepaling parkeerbelasting is onderwerp voor onderzoek en overleg met betrokken partijen aan het strand. Het tarief toeristenbelasting zal naar aanleiding van de aangenomen motie in de raad van 20 april 2023 nader worden bezien. Een voorstel tot (eventuele) aanpassing van de tarieven van beide belastingsoorten zal u bij de komende begrotingsronde 2024 bereiken.
3. De afvalstoffenheffing, rioolheffing en grafrechten worden slechts trendmatig verhoogd indien het niveau van 100% kostendekking nog niet is bereikt.

Investeringen

Er worden voor de periode 2024-2027 alleen investeringen in de begroting geraamd die in het betreffende begrotingsjaar ook tot uitvoering zullen komen. Bij de aanlevering voor de begroting worden op basis van concrete plannen van aanpak (capaciteit, tijd en geld) voorstellen ingediend om beschikbaar stellen van kredieten voor die investeringen te bewerkstelligen.
In geval van zeer hoge urgentie kan van deze beleidslijn worden afgeweken. D.w.z. dat de gemeente of derden bij uitstel risico’s lopen waaruit mogelijk ook schadeclaims kunnen voortvloeien.
Zie verder hoofdstuk 4 ‘Ontwikkelingen’.

Eigendommen

De opbrengsten van eigendommen (verkochte woningen) en andere activa worden toegevoegd aan de reserve ‘afbouw schulden’. De opbrengsten worden gereserveerd voor het aflossen van schulden voor zover de Flexibele Algemene Reserve meer dan 3% van het begrotingstotaal bedraagt. Bij het opstellen van de jaarrekening wordt deze 3%-regel beoordeeld. Zo nodig wordt de Flexibele Algemene Reserve aangevuld vanuit de reserve ‘afbouw schulden’.

Ontwikkeling schuldpositie / investeringsplafond

De schuldpositie van de gemeente blijft de komende begrotingsjaren aandacht vragen. De ontwikkeling van de schuld van de gemeente wordt gemonitord met de financiële kengetallen in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. Veel schulden worden gemaakt voor investeringen in wegen, riolering en onderwijshuisvesting. De gemeenteraad heeft op 3 november 2016 besloten om te streven naar een bruto schuld van maximaal € 40 miljoen alsmede een solvabiliteit van tenminste 50%. Er dient continue een integrale afweging te worden gemaakt tussen de meerjarige investeringen enerzijds en het beoogde schuldniveau anderzijds.
De jaarrekening 2022 laat per balansdatum 31 december 2022 een stand van de langlopende geldleningen zien van € 19,2 miljoen. De korte schuldpositie bedroeg per balansdatum € 0. De beide kengetallen netto schuldquote en solvabiliteit voldoen aan de norm van de gemeenteraad. Het schuldniveau zal vanaf 2024 mede door lopende en geplande investeringen weer toenemen.

Deze pagina is gebouwd op 11/14/2023 14:11:27 met de export van 11/14/2023 13:33:10